Gezond aan tafel logo
In beweging naar een gezondere leefstijl

0 / 5. 0

E-nummers: er tegen zijn slaat echt nergens op

Geschreven door Jonathan Klaassen

Bekijk jij E-nummers met een wantrouwende blik? Breekt het zweet je uit wanneer je een E-nummer ziet staan op een etiket? Je bent niet de enige. Veel mensen hebben geen goed gevoel bij deze stoffen en er heerst zogezegd E-nummerangst. Maar dit doemdenken is eigenlijk helemaal niet nodig. Integendeel: tegen E-nummers zijn slaat echt nergens op.

E-nummers zijn hulpstoffen

E-nummers zijn hulpstoffen die aan onze producten worden toegevoegd. Dus niet omdat de fabrikant daar spontaan zin in heeft. Nee, het product dient verbeterd te worden. Hierbij kan de fabrikant kiezen uit honderden soorten. Dit is dan ook gelijk al een reden om juist niet per definitie tegen E-nummers te zijn. Hoe kun je nou tegenstander van al die honderden E-nummers zijn? Precies: om een eventueel veto uit te spreken moeten we ze eerst individueel beoordelen.

Zó herken je of jouw product een e-nummer bevat

Of producten die jij koopt E-nummers bevatten kun je lezen op het etiket. Je ziet daar óf de naam van de stof staan, óf de letter E gevolgd door een nummer. Wanneer de naam volledig vermeld staat, is het lastig in te schatten of het een E-nummer betreft. Twijfel je over een stof, dan kun je hem opzoeken, bijvoorbeeld op de website van het Voedingscentrum.

Hiervoor worden e-nummers gebruikt

Zoals eerder gezegd hebben E-nummers dus een bepaalde functie in een product. De functie van kleurstof, conserveermiddel, antioxidant, smaakversterker, maar ook bijvoorbeeld van zoetstof, emulgator of glansmiddel. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat een product een langere houdbaarheid heeft, een bepaalde kleur, structuur of smaak krijgt of dankzij het E-nummer een ‘light’-variant is. Denk hierbij aan lightfrisdrank.

Vitamines zijn e-nummers

E-nummers roepen al snel een griezelig beeld op. Je ziet een fabriek voor je vol mannen in witte pakken die stiekem kunstmatige stoffen aan het knutselen zijn. Althans, dat kan ik me zo voorstellen. Dit beeld is echter niet juist; E-nummers worden juist onder goed toezicht gemaakt. En wist je trouwens dat vitamines ook als E-nummers worden gebruikt? Denk aan vitamine B2, B3, C en vitamine E. De voedingsindustrie is zo slecht nog niet. Deze vitamines geven onze producten een bepaalde kleur en gaan, door hun antioxidante werking, bederf tegen. Als je tegen E-nummers bent, ben je dan ook tegen deze vitamines? Precies, dat lijkt mij niet toch niet.

Maar zijn ze niet schadelijk dan?

Je weet nu inmiddels dat schadelijkheid te maken heeft met de dosis waarin je iets neemt. Zo kan water, dat toch essentieel voor ons is, in grote hoeveelheden levensbedreigend zijn. Met dit in ons achterhoofd moeten we naar al die E-nummers kijken. En we moeten ze, omdat er honderden soorten zijn, niet over één kam scheren. Individueel beoordelen, dat is wijsheid in deze zaak.
Hoewel ze allemaal anders zijn, hebben we wel één sterke overeenkomst: elk potentieel E-nummer wordt grondig onderzocht door de Europese Unie (gevestigde wetenschappers). Van elke stof wordt vastgesteld of die veilig is ja of nee. En als de veiligheid niet te garanderen valt dan komt de stof niet op de markt en krijgt hij dus geen E-nummer. Een E-nummer betekent dus eigenlijk dat we juist heel goed weten wat de stof met ons doet. Hij is onderzocht, tegen het licht gehouden en veilig bevonden en dus hoeven wij ons geen zorgen te maken.

Na zo’n grondig onderzoek krijgt de desbetreffende stof ook nog een adi toegewezen. Dit staat voor aanvaardbare dagelijkse inname, en is de hoeveelheid die je gedurende je leven dagelijks kan innemen, zonder dat daarbij je gezondheid in gevaar komt. Zo’n adi is ondanks een veiligheidsmarge vaak dusdanig hoog dat het een beste kluif is om deze hoeveelheid te halen (lees: dat lukt je nooit).

Voorbeeld

De zoetstof aspartaam heeft een adi van 40 mg/kg, wat neerkomt op onge-veer 4 tot 6 liter cola light per dag. Zelfs een fervent cola light-drinker als ik krijgt dat klusje niet geklaard. Je kunt E-nummers dus gerust als veilig zien. Vertrouw de Europese Unie alsjeblieft hierin; mijn vertrouwen hebben ze in ieder geval.

Uitzonderingen op de regel

Het kan het altijd zijn dat je niet tegen een bepaald E-nummer kan. Dat komt voor. Heb je het gevoel dat je allergisch bent voor een bepaalde stof? Laat dit dan altijd onderzoeken, dan weet je wat er speelt en hoe je je voedingspatroon daarop kunt aanpassen. Het is goed om te weten dat de mens een complex wezen is en dat er daardoor altijd unieke gevallen zijn. Het gaat hier dan om een relatie tussen een stof en een individu; het betekent niet dat die stof een algemeen negatief effect heeft dat geldt voor de gehele bevolking. Als Pietje niet tegen appels kan, wil dat niet zeggen dat Jantje dat ook niet kan!

Kunnen en willen we eigenlijk wel zonder e-nummers?

Angst rondom E-nummers is dus onnodig, dat moge duidelijk zijn. Maar daarnaast moeten we onszelf de vraag stellen of we wel zonder E-nummers kunnen en willen. Kijk, jij en ik stellen nou eenmaal eisen aan producten. We willen graag een product dat vers is (lang houdbaar) en een bepaalde structuur of kleur heeft. E-nummers kunnen dit garanderen en zie ze daarom dan ook vooral als iets positiefs en als iets wat ons voedingssysteem nodig heeft. Wil je zo gezond mogelijk eten? Dan gaat het erom dat jouw voedingspatroon een goede basis heeft. Dat is vele malen relevanter dan de vraag of je wel of geen E-nummers binnenkrijgt. Lees en leer hier meer over bij het 7-stappen-plan.

Het woord ‘kunstmatig’ maakt onnodig bang

Dat wat kunstmatig of bewerkt is, wekt bij ons een naar gevoel op. Maar we hoeven ons niet bang te laten maken door slechts een woord of gedachte. Laten we nadenken over wat ‘kunstmatig’ precies betekent en hoe dat er in de praktijk dan uitziet. Vrijwel al ons voedsel ondergaat namelijk een bewerking. Een brood groeit bijvoorbeeld niet letterlijk aan een boom en ook een pak melk trekken we niet zo uit de grond. We zijn inmiddels zo slim dat we weten hoe we bepaalde producten moeten maken die veilig zijn en ook nog een goede voedingswaarde hebben. Dat we bij de woorden ‘bewerkt’ en ‘kunstmatig’ een naar gevoel krijgen, is dus echt niet altijd nodig.

De voedingsindustrie is niet altijd de boeman

We bekijken de voedingsindustrie terecht met argusogen, maar we mogen ook vertrouwen hebben en onze angst aan de kant zetten. In sommige gevallen maakt de industrie ons niet ziek, maar zijn het meer de spookverhalen of de angst in onszelf die ons ziek maken. En dat is toch eigenlijk wel heel erg zonde. Eten moet namelijk leuk zijn.

Liever toch geen e-nummers?

Heb je ondanks bovenstaande informatie toch een naar gevoel bij E-nummers? En wil je ze liever zo veel mogelijk vermijden? Kook dan met verse producten en verse ingrediënten. Zeg nee tegen kant-en-klaarmaaltijden, voorverpakte producten en bewerkte voedingsmiddelen. En koop, logischerwijs, geen producten waar achterop een E-nummer staat. Maar let op! Sommige fabrikanten schrijven de volledige naam van het E-nummer op, om zo het gebruik ervan te verbergen. Twijfel je over een stof, controleer de naam dan op de website van het Voedingscentrum. Sla hier overigens niet in door, want daar ga je denk ik niet gelukkig van worden.

Meer weten over voedingshypes?

Voedsel voor je geest - Jonathan Klaassen

Met het boek Voedsel voor je geest vertelt diëtist Jonathan Klaassen je wat waar is en wat niet en onderbouwt zijn bevindingen op wetenschappelijke wijze. Bestel het boek nu via onze webshop Boekenwereld.