Wisselt je zelfvertrouwen? Zo relativeer je je negatieve gedachten
De vraag: ‘Ik merk dat mijn zelfvertrouwen vaak wordt beïnvloed door mijn stemming op een dag. De ene ochtend kijk ik in de spiegel en zie ik mezelf als een leuke, intelligente vrouw die het leven aankan. Maar de volgende dag kan ik mezelf lelijk en stom vinden.’ Hoe komt dit?
Door Fred Sterk en Sjoerd Swaen
Het antwoord:
Het is positief dat je begrijpt dat je stemming van grote invloed is op je zelfvertrouwen. Feitelijk zie je natuurlijk steeds dezelfde persoon in de spiegel, maar je stemming zal altijd blijven variëren. En die beïnvloedt je denken: is je stemming negatief, dan denk je ook negatiever over jezelf. Is die positief, dan heb je optimistische gedachten.
Je stemming kan negatief zijn zonder dat je het in de gaten hebt. Je merkt het pas op als je je down voelt. Het gevaar is dan dat je je stemming ‘gebruikt’ als bewijs dat je negatieve waarneming en gedachten over jezelf ‘waar’ zijn: zie je wel, ik ben lelijk en stom… We noemen deze denkfout emotioneel redeneren, of buikdenken.
Wanneer het je lukt om een negatieve stemming te herkennen en je te realiseren dat de daaruit voortkomende kritische gedachten afhankelijk zijn van die stemming, kan het tot je doordringen dat je de gedachte minder serieus hoeft te nemen.
Dit relativeren doe je door jezelf vragen te stellen als: is deze negatieve gedachte een feit of een subjectief oordeel? Formuleer vervolgens een minder pijnlijke gedachte, een gedachte die meer feitelijk is. Met een stabieler zelfbeeld blijf je, ook als je stemming negatief is, achter jezelf staan terwijl je in de spiegel kijkt.
www.psychologiemagazine.nl/advies
Wil je regelmatig gratis inspiratie voor een gelukkige en gezonde leefstijl ontvangen? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief:
Ja ik wil tips en tricks voor een gelukkige en gezonde leefstijl ontvangen ➔